Meer geschiedenis? Kijk op NPOKennis.nl
↳ Enter om te zoeken
26 maart 2000

Kasteel Sonnenstein/Oudste film van Nederland

Crew Andere Tijden bij kasteel Sonnenstein bij Pirna
Bekijk Video
34 min

Een gewone psychiatrische inrichting

Tot de jaren dertig van de twintigste eeuw was de 'Heil- und Pflegeanstalt Sonnenstein' een respectabele psychiatrische inrichting. Het instituut, gelegen in het park van kasteel Sonnenstein in het Oost-Duitse Pirna, bestond al sinds 1811 en was daarmee een van de oudste psychiatrische inrichtingen van het land. Onder nazi-bewind (vanaf 1933) veranderde in Duitsland de houding ten aanzien van psychiatrische patienten en geestelijk gehandicapten. Zij pasten niet langer in een maatschappij, waar onder het mom van eugenetica en sociaal-darwinisme de zwakkeren moesten verdwijnen.

Nazificatie van de inrichting

Sonnenstein kreeg een nationaal-socialistische directeur die openlijk pleitte voor sterilisatie van geestelijk gehandicapten en zelfs voor 'euthanasie' in ongeneeslijke gevallen. Deze Hermann Paul Nitsche zorgde voor een algehele nazificatie van de inrichting. In 1938 was het gehele personeel lid van de NSDAP (Nationaal Sozialistische Deutsche Arbeider Partei). Aan het begin van de Tweede Wereldoorlog werd een deel van Sonnenstein in gebruik genomen als militair hospitaal. Op 9 oktober 1939 werd de instelling opgeheven. Patienten en verplegers werden verspreid over instellingen in de omgeving en in het grootste geheim begonnen de voorbereidingen om van Sonnenstein een 'Euthanasie Instituut' te maken.

Aktion T4

Aktion T4 was de codenaam voor de georganiseerde moord op geestelijk gehandicapten en psychiatrische patienten door de nazi's. De naam is afkomstig van een adres in Berlijn: Tiergartenstrasse nummer 4. Daar werden al vanaf februari 1939 door de nazi-top voorbereidingen getroffen voor het instellen van zes geheime 'Euthanasie Instituten', waar uiteindelijk in totaal meer dan 70.000 gehandicapten en psychiatrische patienten zouden worden vergast. Nitsche werd een van de leiders van Aktion T4. Als directeur van Sonnenstein werd hij begin 1940 opgevolgd door de arts Horst Schumann.

De Todesanstalt in werking

De operatie was goed georganiseerd. Gehandicapten en psychiatrische patiënten werden met duizenden vanuit inrichtingen uit het hele land naar instituten in de omgeving van Pirna gebracht, vanwaar ze in geblindeerde bussen naar Sonnenstein werden vervoerd. Direct bij aankomst moesten ze zich uitkleden. Vervolgens werden ze naakt voorgeleid aan een arts, die alvast een plausibele doodsoorzaak noteerde. De mensen die gouden vullingen hadden kregen een kruis op de borst of op de rug getekend, opdat ze later makkelijk te herkennen zouden zijn. Daarna werden ze naar de gaskamer gebracht en werden grote hoeveelheden koolmonoxide de ruimte ingelaten. Het duurde maar vijf minuten. Na het vergassen werden alle gouden vullingen uitgetrokken en vervolgens werden de lijken in het eigen crematorium verbrand. De operatie werd afgerond met een zogenaamde troostbrief voor de nabestaanden: een overlijdensbericht met daarop de gefingeerde doodsoorzaak.
Tussen juni 1940 en augustus 1941 werden op deze manier 13.720 geestelijk gehandicapten en psychiatrische patiënten in Sonnenstein vergast. Het uiteindelijke aantal doden ligt echter nog hoger. Vanaf de zomer van 1941 kwamen naar Sonnenstein ook gevangenen uit de overvolle concentratiekampen, die toen nog niet over eigen gaskamers beschikten. Het waren vooral Polen en joden. Zo werden nog eens ruim duizend mensen vergast, wat het totaal aantal doden in Sonnenstein op 15.000 brengt. Aan deze massamoord werkten ongeveer honderd personeelsleden mee.

'Euthanasie-stop'

Na protesten vanuit de katholieke kerk kondigde Hitler een zogenaamde 'Euthanasie-stop' af, op 24 augustus 1941. Todesanstalt Sonnenstein werd gesloten en de sporen van de massamoord werden zo goed mogelijk uitgewist. De Adolf Hitler Schule, een militaire vooropleiding, kwam ervoor in de plaats. De meeste personeelsleden van Sonnenstein vertrokken naar de vernietigingskampen en zetten daar hun werk voort, nu op nog veel grotere schaal. Hun expertise kwam goed van pas bij de bouw van gaskamers en bij de organisatie en uitvoering van de massamoord. De personeelsleden werden eens in de drie maanden beloond met drie weken vakantie in het speciale 'Aktion T4' vakantiehuis in Oostenrijk.

Berechting na de oorlog

Direct na de oorlog werd een aantal Sonnenstein-misdadigers opgepakt. Een van hen was oud-directeur en T4 leider Nitsche. Samen met drie hoofdverplegers en elf medewerkers stond hij terecht bij het Dresdener Artsenproces, een groot proces tegen nazi-artsen in 1947. Nitsche en de verplegers Felfe en Gäbler kregen de doodstraf. De derde verpleger, Räpke, werd tot levenslang veroordeeld en alle overige medewerkers kregen kortere gevangenisstraffen. Geen enkele arts van Sonnenstein stond terecht in Dresden. De meesten van hen waren direct na de oorlog naar de westelijke zones van Duitsland gevlucht, ver van Pirna. Een van hen was Horst Schumann.

Schumann werkte na de oorlog jarenlang ongestoord als sportarts in het West-Duitse Gladbeck, gewoon onder zijn eigen naam. Het ging pas mis toen hij in januari 1951 zijn jacht- en visakte aanvroeg. Daarvoor werd zijn strafblad nagetrokken, waarop stond dat hij al jarenlang werd gezocht als hoofddader van de misdaden op Sonnenstein. Toen de politie hem wilde arresteren was hij verdwenen. Naar later bleek was hij gevlucht naar Ghana, waar hij zijn werk als arts in veilige afzondering voortzette. In april 1959 werd hij herkend van een foto in het missieblad Christ und Welt, wat uiteindelijk leidde tot zijn arrestatie in Ghana. In 1966 werd hij uitgeleverd aan West-Duitsland, waar in Frankfurt in 1970 zijn proces begon. Het werd echter voortijdig afgebroken: wegens hoge bloeddruk kwam Schumann in 1972 weer vrij. Hij stierf in Frankfurt in 1983.

Zwijgen in de DDR

Na het geruchtmakende Dresdener Artsenproces werd het stil rond Sonnenstein. Alle aandacht in de DDR ging uit naar communistische verzetshelden, niet naar a-politieke slachtoffers als geestelijk gehandicapten die de staatspropaganda niet dienden. In 1956 kwamen dankzij een amnestieregeling alle nog zittende 'euthanasie'-gevangenen vrij. Het was een symbolische afsluiting van het ongemakkelijke verleden, waarover verder maar niet meer moest worden gepraat. In het gebouw waar de moorden waren gepleegd werd een politieschool gevestigd, vanaf 1953 opgevolgd door verschillende bedrijven. In 1973 werd bij de ingang van Slot Sonnenstein een kleine gedenksteen geplaatst, maar daarna verdween de aandacht voor het nazi-verleden weer. Het terrein bleef tot 1990 gesloten voor publiek.

Het huidige Sonnenstein

In september 1989 werd in Pirna voor het eerst een tentoonstelling georganiseerd over Aktion T4. Naar aanleiding daarvan ontstond het initiatief om van Sonnenstein een oorlogsmonument te maken, wat in juni 1991 leidde tot oprichting van een 'Kuratorium Gedenkstätte Sonnenstein'. De verwachting is dat in juni 2000 een grote tentoonstelling klaar zal zijn, die permanent zal worden opgesteld in de voormalige gaskamer. Bij de opening zal een monument voor het gebouw worden onthuld. In hetzelfde gebouw, waar straks de tentoonstelling te zien zal zijn, bevindt zich een sociale werkplaats voor geestelijk gehandicapten.

Auteur: Laura van Hasselt
Samenstelling reportage: Godfried van Run
Redactie reportage: Laura van Hasselt.

Bronnen

BEELDEN

Voor de reportage is gebruikgemaakt van drie nationaal-socialistische propagandafilms uit de jaren dertig: Erbkrank, Das Erbe en Dasein ohne Leben [Bundesarchiv - Filmarchiv, Berlijn]. De films hebben een duidelijke boodschap: geestelijk gehandicapten hebben geen bestaansrecht. Het is niet alleen geoorloofd, maar zelfs barmhartig hen te verlossen van hun 'levensonwaardige leven'.

Van de film Dasein ohne Leben (1939) is alleen het draaiboek bewaard gebleven; het originele materiaal is eind 1945 vernietigd. Het fragment dat in de reportage is gebruikt is een reconstructie van de oorspronkelijke film, begin jaren negentig nagespeeld aan de hand van het toen teruggevonden draaiboek.

PERSONEN

In de reportage wordt gesproken met de volgende personen:

Boris Böhm
Historicus, wetenschappelijk leider van het Kuratorium Gedenkstätte Sonnenstein

Johannes Cramer
Bouwkundige, reconstrueerde gaskamer en crematorium Sonnenstein

Rudolf Zippel
Medewerker Kuratorium Gedenkstätte Sonnenstein

Martin Wallmann
Directeur sociale werkplaats voor geestelijk gehandicapten in Sonnenstein

Literatuur

Nationalsozialistische Euthanasie-Verbrechen in Sachsen. Beitrage zu ihrer Aufarbeitung (Stiftung Sächsische Gedenkstätten; Dresden en Pirna 1996).

Thomas Schilter, Unmenschliches Ermessen. Die natonalsozialistische "Euthanasie"-Totungsanstalt Pirna-Sonnenstein 1940/41 (Kiepenheuer Verlag; Leipzig 1999).

Michael Greve, Die organisierte Vernichtung "lebensunwerten Lebens" im Rahmen der "Aktion T4" (Centaurus-Verlagsgesellschaft; Pfaffenweiler 1998).

Hans-Henning Scharsach, Die Ärtzte der Nazis (Wenen 2000).

Vragen?

Heeft u vragen, ideeën of opmerkingen?

Neem dan contact op met de redactie: