Meer geschiedenis? Kijk op NPOKennis.nl
↳ Enter om te zoeken
21 oktober 2003

Papa Godett

mirna godett
Bekijk Video
1 min

Sinds haar broer de verkiezingen won en Mirna Godett in zijn plaats premier werd, beheerst de familie Godett het nieuws van de Antillen. Meer dan dertig jaar geleden was het hun vader, Wilson ‘Papa’ Godett, die Nederland in beroering wist te brengen. Op Curaçao is hij beroemd en weet iedereen wie hij is. In Nederland zijn er maar weinig mensen die van hem hebben gehoord. Wie was ‘Papa’ Godett en wat heeft hij voor Curaçao betekend?

Mirna en Norma Godett

De familie Godett

Papa, Mirna, Anthony

Ze koestert de gesp in haar hand. Een boksgesp, in goud, de andere kleuren zijn eraf. ‘Eraf gezweet’, zegt Mirna Godett niet zonder trots, ze bewaart goede herinneringen aan haar in 1995 overleden vader. ‘Kampioen van Curaçao?’, vraag ik. ‘Nee, van de hele Cariben!’, antwoordt ze bijna verontwaardigd. Het is zijn kampioensgesp uit 1954. ‘Dat is mijn geboortejaar, dus die medaille is net zo oud als ik, volgend jaar vijftig jaar oud. Ik wil hem niet kwijt, maar doorgeven aan de volgende generatie’.

Kort daarvoor komt ze aanrijden bij het huis van haar moeder waar we op haar staan te wachten. Ze rijdt haar Buick zelf, heeft alleen een chauffeur als ze in dienst is als premier van de Antillen, zo zegt ze. Ze wordt ’s ochtends opgehaald en om een uur of vijf ‘s middags stuurt ze de chauffeur naar huis. Eenmaal binnen begint ze enthousiast met haar moeder, zus en broers een berg meegebrachte foto’s te bekijken. De foto met de meeste waarde is die waarop Papa door gouverneur Cola Debrot wordt ingezworen als Statenlid in het parlement van de Nederlandse Antillen, dat is voor haar iets heel groots. ‘Uit de gevangenis komen en als Statenlid de eed af leggen. Dat is echt een belevenis. Hij zat vast, de bevolking stemde op hem en zo kwam hij vrij’, zegt Mirna. Ze ziet hetzelfde nu gebeuren met haar broer Anthony, tegen wie een strafrechterlijk onderzoek loopt. Daardoor kon hij geen premier worden en schoof zijn zus Mirna naar voren. ‘Zo ervaar ik het ook met mijn broer. Hij is verdachte en de bevolking heeft toch op hem gestemd. Dus eigenlijk zie je dat het iets is van mijn vader wat nu op mijn broer over is gegaan.’ Begin november begint het proces tegen Anthony Godett.

Havenarbeider en bokser

Opgroeien in arm Curaçao

Wilson ‘Papa’ Godett wordt in 1932 geboren op Curaçao, in Otrabanda, het armere deel van Willemstad. Hubert ‘Bebe’ Rojer groeit met hem op: ‘We sprongen in het water, zwommen de Annabaai over waar de Venezuelaanse scheepjes lagen, om zo bananen en sinaasappelen te krijgen. Dan zwommen we met de kistjes weer terug, naar de overkant. Alle jongens uit Otrabanda waren buurtgenoten van Papa Godett en waren bevriend met elkaar. We deden van alles, met elkaar vechten, maar daar bleef het bij. De volgende dag waren we weer vrienden’, herinnert Rojer zich.

Voor de jongens uit Otrabanda is er geen mogelijkheid door te leren en daarom is het eigenlijk ondenkbaar dat ze niet in de haven zullen gaan werken. Godett en Rojer komen er ook terecht, als losse arbeider, als dagloner. Iedere dag gaan ze in de haven kijken of er werk is. ‘Het kan zijn dat het werk maanden doorgaat, maar het kan ook zijn dat er een paar weken geen boot aankomt’, zegt Rojer terwijl hij langs de kades van de haven loopt.

De haven van nu herinnert weinig meer aan de haven van toen. Tegenwoordig is alles containervervoer wat de klok slaat, in de jaren vijftig en zestig bestaat de lading uit bulkvracht die met takels uit het ruim wordt gehaald. Daarvoor zijn arbeiders nodig, veel arbeiders. Godett werkt zich op van losse arbeider tot leider van de vakbond van dagloners, de laagste arbeiders. Veel mensen op Curaçao roemen het rechtvaardigheidsgevoel van Papa Godett. ‘Hij was een groothartig man, met een groot sociaal gevoel. Maar wanneer werknemers of anderen iets werd aangedaan, dan kon hij helemaal uit zijn vel springen. Dan werd hij meteen kwaad. Hij kon zich dan niet inhouden’, vertelt Rojer. Pater Amado Römer bevestigt dat beeld: ‘Hij voelde instinctmatig aan wanneer iemand onrechtvaardig werd behandeld en dan trad hij daar tegen op’, zo kenmerkt Römer Papa. ‘Impulsief, waardoor hij er ook wel eens op los kon slaan’. Hij was immers naast havenwerker ook bokser.

Een paar dagen voor de ontmoeting met Mirna Godett heb ik nog geen foto van Papa gezien. Veel Curaçaoënaars weten dat Godett ooit een vermaard bokser was, maar foto’s van hem als bokser zijn niet te vinden. Iedereen die foto’s heeft gehad, beweert ze te hebben ingeleverd bij de familie. Dan ontdek ik in het Nationaal Archief in Willemstad een overzicht van de partijen die Godett bokste tussen 1957 en 1962. Imposante namen als Baby Dynamite, Sugar Boy Nando en Young Tunney zie ik in de lijst waarop ook ‘Papa Diamante Negro’ -de Zwarte Diamant- staat. Met het overzicht in de hand is het niet moeilijk foto’s en verslagen in de krant te vinden. Papa blijkt Antilliaans topbokser te zijn geweest. In 1962 bokste hij twee keer tegen Jack Johnson. Godett werd op 8 juni kampioen van Curaçao in het weltergewicht, maar raakte in december die titel weer kwijt. Het was meteen de laatste partij die De Zwarte Diamant bokste. In de achtste ronde komt zijn carrière tot een einde. ‘Een volkomen murw geslagen Papa Diamante Negro werd toen door interventie van referee Flying Kid voor erger behoed’, lees ik in de Beurs en Nieuwsberichten van 12 december 1962.

‘Bebe’ Rojer stond vaak bij Papa aan de boksring in het Rifstadion. ‘Hij moest de kost verdienen voor vrouw en kinderen. Hij moest in de haven werken en kon zich niet alleen wijden aan trainingen. Maar hij deed het. Als er geen werk was overdag, trainde hij met zijn vrienden, ook met mij. Op Aruba zat ik in zijn hoek. En ik merkte dat hij zijn linkerhand niet gebruikte; zijn beste wapen. Maar hij bleef doorvechten en zei op een gegeven moment tegen ons: “Stop maar een beetje ijs in mijn handschoen”. Dat hebben we gedaan, en hij bleef doorvechten en won die partij, maar wat was er gebeurd? Vanaf de eerste ronde was zijn hand kapot. En hij bleef doorvechten’, glundert Rojer.

Het was de drang te willen winnen, zo menen Mirna en haar moeder. ‘Als hij een wedstrijd had verloren, kwam hij echt boos naar huis’, vertelt moeder Norma Godett ‘Daarna ging het wel weer, maar als hij had gewonnen dan sliep hij ’s nachts niet. Dan kwamen er veel mensen bij hem om te kletsen tot diep in de nacht. Soms wenste ik dat ze naar huis gingen, zodat ik kon slapen’, aldus Norma Godett.

Mirna kan zich haar vader niet als bokser herinneren, maar trok wel een voordeel van zijn status. ‘Ik was linkshandig en als mijn vader geen bokser was geweest, dan zou ik van de nonnen klappen hebben gehad om mijn andere hand te gebruiken. Maar doordat men wist dat mijn vader bokser was, hebben ze zich met de anderen bezig gehouden en mij niet aangeraakt. Ik ben nog steeds linkshandig’, grijnst ze.

30 mei 1969

Curaçao brandt van revolutie

Op de Nederlandse Antillen zijn de verhoudingen dan al een tijd scheef. De (bijna) blanke elite en de katholieke kerk maken de dienst uit op de eilanden die worden bestuurd vanaf Curaçao. De inwoners van Curaçao, voor het grootste deel gekleurd, zijn ontevreden en vinden dat ze te weinig inspraak hebben. Als in 1969 het plan zich voordoet om een groot aantal werknemers te ontslaan bij Shell op Curaçao, om ze vervolgens in dienst te nemen door onderaannemers, maar tegen een lager loon, breekt er opstand uit. Gelijke betaling voor gelijk werk, is de eis. Gerechtvaardigd, vindt ook toenmalig minister van Justitie ‘Ronchi’ Isa. Maar wat er daarna gebeurt, kan niemand billijken. De havenwerkers hebben niets te maken met de staking bij Wescar, maar de havenvakbonden verklaren zich solidair. Godett staat als leider van een van de havenvakbonden vooraan. Er verzamelt zich een menigte bij Post 5 aan de rand van het Shellterrein. De stoet trekt op naar de stad en begint na de eerste plunderingen met brandstichten. Een groot gedeelte van de wijk Otrabanda gaat in vlammen op. Het zijn rellen die op Curaçao een blijvende herinnering in ieders geheugen vormen. De rust kan pas worden hersteld na tussenkomst van de Nederlandse mariniers. Maar de regering van de Antillen moet aftreden en er komen verkiezingen.

Doordat bij de eerste plunderingen drank is buitgemaakt, raakt de menigte onder invloed. De vlam slaat echter pas echt in de pan als de stakers het bericht krijgen dat Papa Godett is neergeschoten. Op hun tocht naar het centrum stuit de menigte bij Berg Altena aan de buitenkant van Willemstad op een politie-eenheid. Godett staat vooraan en wordt geraakt door in ieder geval één kogel. ‘Doelbewust geschoten’, aldus de familie. ‘Een verdwaalde politiekogel’, zo luidt het officieel. ‘Een van de grootste stommiteiten ooit, want ze hebben hem geraakt. De kogel zelf kan niets zeggen; die weet het natuurlijk niet. Maar waarom wordt Godett geraakt en niet een andere leider?’, vraagt pater Römer zich af. Godett is geraakt in zijn rug, wat doet vermoeden dat hij met zijn gezicht naar de menigte heeft gestaan om ze toe te spreken op het moment dat de politie het vuur opent.

Mirna herinnert zich dat ze een jaar of dertien was en op de St. Thomas Mavo zat. ‘In de klas hoorde ik van twee mensen dat ze op Papa Godett hadden geschoten. En er is maar een Papa Godett. Als ze nu zeggen: “Er is op Mirna geschoten”, dan vraag je: “Welke Mirna?”, maar als ze zeggen “Papa Godett”, dan is er maar een. Ik weet nog heel goed dat ik uit het raam ben gesprongen en naar huis ben gerend. Het huis was potdicht, mijn moeder was er niet.’

Moeder Godett is op dat moment onderweg naar de winkel, ziet auto’s rondrijden en vraagt zich af wat er aan de hand is. Vanuit een auto schreeuwt een vrouw haar toe dat ze naar huis moet gaan, omdat alle kinderen van school zijn gestuurd. ‘Ik vroeg me af: wat krijgen we nou?’ Ze krijgt te horen dat er een supermarkt is geplunderd en ziet mensen wagens vol spullen wegslepen. ‘Ik zei tegen hen: “wat gebeurt er allemaal?” Toen zeiden ze: “We slaan alles kort en klein, want ze hebben Papa neergeschoten.” Ik zeg: “Wat, is Papa neergeschoten?” Ik ben naar het ziekenhuis gelopen. Op weg naar het ziekenhuis stonden er veel mensen en ze lieten met het ziekenhuis niet in. Ik ben omgelopen en toch naar binnen gegaan, de trappen op naar boven. Maar ik wist niet waar ik moest zijn want er was geen portier. Ik ben naar boven gegaan en een meisje zei tegen me: “Kom mee, want ze hebben Papa neergeschoten en zo meteen wordt hij het ziekenhuis binnengebracht”. Ik ben daar blijven staan. Er kwam een meneer naar me toe die zei: “Ze hebben Papa neergeschoten, maar ik weet niet of hij dood is of nog leeft”. Ik bleef daar maar staan en kon geen woord uitbrengen. Daarna zag ik een heleboel mensen de trappen oplopen en naar de verloskamer gaan. Toen kwamen ze met Papa aan en zag ik wat er gebeurd was. Papa zei: “De mensen hebben de winkels in brand gestoken en zijn aan het plunderen geslagen.” Ik bleef daar staan en mocht niet naar binnen. Pas toen ze hem behandeld hadden mocht ik naar binnen en kon ik hem vragen wat er allemaal gebeurde’, verhaalt Norma Godett.

Stanley Brown

Symbool van de zwarte emancipatie

Papa wordt Statenlid

Sommigen zeggen dat het een uit de hand gelopen arbeidsconflict was, anderen dat er een dieper raciaal conflict aan ten grondslag heeft gelegen. Feit is dat de kogel Papa Godett een mythische status geeft en hem en de zijnen de overwinning in de verkiezingen schenkt. Godett als man van het volk, leider van het volk, man die voor het volk wil vechten, die voor het volk wordt neergeschoten. En Godett als emancipator van de zwarte bevolking, die de zwarte bevolking van Curaçao toont dat ze zich omhoog kunnen werken.

Godett is niet de enige die zich verzet. Waar Godett vecht met zijn vuisten, probeert onderwijzer Stanley Brown met zijn linkse blaadje Vitó het Curaçaose establishment te ontwrichten. Godett en Brown richten met Amador Nita een eigen partij op: de Frente Obrero Liberashon (FOL), die vandaag de dag wordt geleid door zoon Anthony Godett. In de verkiezingen die volgen op de opstand, behaalt de FOL een grote overwinning. Godett en Brown zitten in de gevangenis voor hun aandeel in de oproer, maar voor het tot een proces komt, worden ze gekozen in het parlement en in vrijheid gesteld. Nita wordt minister in het nieuwe coalitiekabinet, Brown en Godett worden Statenlid. Het levert de foto op die zijn dochter nu nog koestert.

‘Ik hield niet van dat gedoe met partijen, want er stonden altijd een heleboel mensen voor de deur. Als Papa geld had en mensen zeiden tegen hem dat ze geen brood konden kopen voor het ontbijt, pakte hij al het geld uit zijn zak en gaf het aan die mensen. Elke dag stonden er mensen aan de deur. Elke dag’, verzucht moeder Norma.

Godett is geen brandschoon politicus. Hij wordt beticht van vriendjespolitiek, hij heeft een zwak voor vrouwen, zoals niet ongewoon is op de Antillen, en daarnaast valt hij volgens Brown ook ten prooi aan corruptie. ‘Godett is voor mij een hele grote, sterke, moedige neger, die erg sociaal bewogen is, die een groot natuurlijk rechtsgevoel heeft. Maar die het moment dat hij leiderschap kreeg, door zijn ongeschooldheid en zijn gebrek aan ideologische scholing door de corrupte elitaire infrastructuur die is blijven bestaan na 30 mei, min of meer dezelfde oude richting opging van paternalisme, opportunisme en corruptie’, zo karakteriseert Stanley Brown.

Papa Godett

Kabinet Evertsz 1973-1977

Minister Godett

Nadat één van de coalitiepartijen de deelname aan de regering van premier Evertsz in 1975 opzegt, ligt de weg voor Papa Godett vrij om minister te worden. Hij wordt minister van Sociale Zaken en Arbeid en een paar maanden later krijgt hij ook de post Cultuur Sport en Recreatie erbij. Het is een verrassing voor oud-premier Miguel Pourier, die in dat kabinet minister van Welvaartszorg en Financiën is. Een verrassing dat Godett zelf de verantwoordelijkheid neemt en niet een ander naar voren schuift. Tegelijk roemt hij premier Evertsz voor zijn strategische zet Godett medeverantwoordelijk te maken voor het regeringsbeleid. ‘Omdat Papa Godett binnen zo’n coalitie meer onder controle was dan daar buiten. Want hij was toch iemand die toch wel voor de nodige protesten en agitatie kon zorgen, buiten de coalitie om, bij de oppositie.’

‘We leven in een gemeenschap waarvan de helft van de bevolking de lagere school niet heeft afgemaakt. Van de andere helft, die de school wel heeft afgemaakt, haalt ruim vijftig procent geen diploma. Voor zo’n bevolking is hij wel een doorsnee politicus, in een cultuur van machismo, kracht, rechtvaardiging en vooral respect. Nederlanders onderschatten heel vaak dat woord, respect. De slaaf is tot in het dieptepunt van zijn hart slaaf geweest, door gebrek aan respect. De zoon van Godett gebruikt het woord ook heel vaak’, stelt Brown. ‘Papa Godett had weinig scholing, een primitief rechtsgevoel en hij was zeer emotioneel. De meeste mensen die met hem samen hebben gewerkt hebben, op de een of andere manier, lessen opgedaan binnen die relatie’.

Heethoofdigheid is wel een beetje een familietrekje, geeft Mirna toe: ‘Ja zo was hij, net als Anthony waarvan ze ook zeggen dat hij bruut en onbeschoft is. Maar dat is zijn karakter. Als je hem eenmaal kent en hem niet van afstand benadert, dan merk je dat hij een heel ander mens is. Dat van die agressiviteit is waar, maar wanneer blijkt dat? Als je misbruik van hem maakt. Als je dat niet doet, wordt hij niet agressief. En zo zijn de Godetts. Goede mensen met een goed hart, maar maak geen misbruik van ze.’

Op een foto zie ik de familie Godett voor een bord staan waarop de naam “Papa Godett” als straatnaam te lezen is. Daarachter een groot gebouw, het lijkt heel wat. Maar als de nalatenschap van Papa moet worden afgelezen aan de straat die naar hem is vernoemd, is het droef gesteld. Na zijn dood is een van de meest troosteloze straten van Willemstad naar hem vernoemd. In 2003 is het gebouw achter het bord “Kaya Wilson ‘Papa’ Godett”, is gesloopt. Het schijnt vroeger zijn kantoor te zijn geweest. Het bord staat op een geasfalteerd stuk grond dat dienst doet als parkeerplaats, waarop weinig mensen parkeren. Want wie moet hier nu zijn? Ronchi Isa is voorzichtig, maar vraagt zich af wat Godett Curaçao heeft nagelaten. Een partij, een minister-president en wat ministers en een failliete ouderdomsvoorziening doordat Papa als minister de pensioenleeftijd verlaagde zonder de premie te verhogen. Anderen vinden toch dat hij meer heeft nagelaten. ‘Respect voor de neger. Respect voor de zwarte vrouw, dus hij heeft meegewerkt aan de emancipatie. Mondigheid, respect voor de zwarte cultuur; ik denk dat dat zijn belangrijke bijdrage aan de geschiedenis is’, meent Stanley Brown.

Tekst en research: Rob Bruins Slot
Regie: Paul Ruigrok
Interview Mirna Godett: Corinne Leysner

Literatuur

Gert Oostindie ed., Curaçao 30 mei 1969. verhalen over de revolte (Amsterdam 1999).
Gert Oostinie ed., Dromen en littekens. Dertig jaar na de Curacaose revolte, 30 mei 1969 (Amsterdam 1999).
Alex Reinders, Politieke geschiedenis van de Nederlandse Antillen en Aruba 1950-1993 (Zutphen 1993).

Vragen?

Heeft u vragen, ideeën of opmerkingen?

Neem dan contact op met de redactie: