Meer geschiedenis? Kijk op NPOKennis.nl
↳ Enter om te zoeken
14 december 2010

Onkruit

Andere Tijden 18 september 2008 Onkruit Duijvendak
Bekijk Video
1 min

Inleiding

 

Het begon met een boek over de klimaatverandering. Wijnand Duyvendak, Tweede Kamerlid voor Groen Links, onthulde in het begeleidende persbericht dat hij in 1985 correspondentie over de bouw van een kerncentrale uit het ministerie van Economische Zaken had gestolen. De daarbij buitgemaakte documenten werden gepubliceerd in actieblad Bluf! Een politiek rel volgde en leidde 14 augustus 2008 tot het aftreden van Duyvendak. De discussie over de erfenis van de jaren ’80 was losgebarsten. Andere Tijden duikt in de geschiedenis van Onkruit met actievoerders, politie en leger.

Willem de Haan

Het begin van Onkruit

Onkruit- ‘geen actiegroep maar een groep acties’- was in 1974 ontstaan uit onvrede met de werkwijze van de Vereniging Dienstweigeraars (VD). Die hield zich voornamelijk bezig met wettelijke en juridische regelingen voor dienstweigeraars. Voor de dienstweigeraar bestond de mogelijkheid een beroep te doen op de Wet Gewetensbezwaarden Militaire Dienst. Deze wet was in 1962 in het leven geroepen voor mensen die op grond van religieuze, politieke of andere levensbeschouwelijke gronden niet aan de militaire dienstplicht wilden voldoen.

Erkende gewetensbezwaarden kregen een vervangende dienstplicht opgelegd, die vervuld moest worden in het algemeen belang. Veel erkende gewetensbezwaarden vervulden hun vervangende dienstplicht in de zorg of het welzijnswerk. Er waren ook weigeraars die verder gingen, de zogenaamde totaalweigeraars. Zij wilden geen vervangende dienstplicht doen, en zij belandden meestal in de gevangenis. Zij vonden dat de alternatieve dienstplicht het bestaansrecht van het leger bevestigt.

Volgens de overlevering is Onkruit ontstaan toen een aantal mensen die elkaar kenden van de VD bij elkaar kwamen om te praten over de gangbare praktijk van het dienstweigeren. Ze waren ontevreden, omdat ze de vervangende dienstplicht beschouwen als een straf voor het hebben van gewetensbezwaren. Ook twijfelden ze aan het effect van dienstweigeren op het militaire apparaat. Willem de Haan was er al in 1976 bij: “De VD vonden wij te braaf. We waren er wel lid van, maar wij zeiden: Wij zijn niet gek, het léger is gek. Als je vegetariër bent ga je je ook niet uitgerekend melden bij de slager.”
De naam ontstond toen ze in de tuin in het gras zaten, en medeoprichter Dick Willemsen riep: “Onkruit met een t, van kruit, on is tegen, tegen het leger! We zijn als onkruid, hoe ze ook schoffelen, we duiken steeds weer op.”

Bunkerinbraak

Onkruitacties

Totaalweigeraar Willem de Haan wist de aandacht van de media op zich te vestigen door de dienstkeuring meerdere keren te weigeren. Hij zat vast van maart 1979 tot juli 1980, in Nieuwersluis en Assen. “Ik ben veroordeeld tot 18 maanden voor het weigeren om mijn schoenen uit te doen en onder een meetlat te gaan staan.” In de gevangenis kreeg hij maar liefst 3000 brieven met steunbetuigingen.

Zijn eerste actie was bij de vliegbasis Gilze Rijen: daar heeft hij met een groepje roze verf gegooid op F-16’s. Dat soort acties heeft hij vaker gedaan, bij Deelen en in Twente. Zulke shows waren bijna niet te beveiligen, want het publiek moest wel het militair materieel kunnen zien. “We spraken af, om 10 voor 11 bij die F-16, en dan kwamen de zakjes verf uit je zak. We zijn uiteindelijk met deze acties opgehouden door de reacties van het publiek. Niet het leger, maar de toeschouwers reageerden enorm fel.”

De activiteiten van Onkruit liepen uiteen van het besmeuren van gevechtsvliegtuigen tot demonstraties en zitacties. Bekende leuzen waren: ‘Geen man, geen vrouw, geen cent voor het leger’ en ‘Is het hier oorlog?’ Een paar jaar later was dienstplicht niet meer het enige motief voor de acties. En al gauw sloten ook vrouwen zich aan bij Onkruit. Het was een grote, diffuse beweging van mensen die actief waren, een netwerk. Wijnand Duyvendak, toen Onkruiter: “Een plek waar veel van die bewegingen elkaar ontmoetten was de redactie van het actieweekblad Bluf!. Daarin schreven we over antimilitaristische acties, kraakacties, anti-kernenergieacties. Ik was eerst actief binnen Onkruit, maar ik kwam vaak op de redactie van Bluf! om over acties te schrijven. Op een gegeven moment werd ik redacteur. Ik heb jarenlang heel intensief meegewerkt aan het maken van het blad. We publiceerden veel van de documenten en de spullen die we met Onkruit vonden. Het was voor ons een belangrijk platform.”

Jean Tillie, ook Onkruiter, deed mee aan de bezetting van het bevolkingsregister in Amsterdam. “De redenatie was: we waren tegen de dienstplicht, dus de mensen moesten niet worden opgeroepen tot dienstplicht. We gingen de archieven bekijken en probeerden mensen eruit te verwijderen. Daar ben ik opgepakt en heb vier dagen vastgezeten. Later werd de zaak geseponeerd.”

Veiling PMC-papers

PMC-actie

Op 21 mei 1981 brak Onkruit op klaarlichte dag in bij het kantoor van het Provinciaal Militair Commando in de Van Eeghenstraat in Amsterdam. Het PMC was de schakel tussen militaire eenheden en regionale overheden. De Onkruiters gooiden alle papieren op straat. Jean Tillie was erbij. “Wie dat begonnen is dat weet ik echt niet. Wat ik wel weet is dat je via het netwerk werd gemobiliseerd. Je ging daarheen, er lagen papieren op straat en die deed je in een plastic zak. Heel simpel.” Tot hun verbazing werden de actievoerders niet opgepakt.

Wijnand Duyvendak: “Uit de gestolen documenten bleek dat er een aparte organisatie van het leger was om de eigen bevolking kalm te houden. Dat kon zijn bij grote opstanden, rellen of ten tijde van een oorlog. Een apart apparaat dus, gericht tegen de eigen bevolking.”

Delen van de buitgemaakte documenten werden gepubliceerd in de zogenaamde PMC-papers. Later werd in Paradiso een tentoonstelling ingericht met de PMC-stukken. Sergeant-majoor Schipper was indertijd instructeur bij het PMC. Hij herinnert zich nog dat hij de tentoonstelling van de PMC-papers bezocht, in burgerkleding. “Uiteindelijk is de tentoonstelling ontruimd omdat het gedoe erom heen veel overlast gaf, parkeerproblemen en opstoppingen. Niet vanwege het gestolen materiaal.” Schippers reisde indertijd per trein tussen Amsterdam en Ermelo, in uniform. Hij werd vaak aangesproken op het feit dat hij militair was. “Tolerantie was er niet ten opzichte van militairen in die tijd.”

Kolonel Meijer was hoofd van de PMC-staf: “Het was natuurlijk schandalig. Ik was die dag op een bijeenkomst bij de marinehaven. Ik werd gebeld door één van mijn officieren.” Hij is direct omgekeerd en in razende vaart terug naar Amsterdam gereden. “Ik trof een grote chaos aan. Er lagen allemaal papieren in de tuin. Ongevaarlijke papieren, die zij gevaarlijk hebben gemaakt. De inbrekers hebben alleen papieren meegenomen met de classificatie ‘dienstgeheim’. Dat is weliswaar niet bedoeld voor de buitenwereld, maar dat is geen gevaarlijk materiaal. De Onkruiters hebben het woordje ‘dienst’ wit gemaakt en vervolgens de stukken gekopieerd, waardoor opeens overal ‘geheim’ boven stond. Ze hebben het enorm opgeblazen.“

De namen en adressen van de PMC-staf werden gepubliceerd in de PMC-papers. Kolonel Meijer: “Op een zaterdagmorgen heb ik 50 dikke almanakken gekregen, die werden bezorgd.” Of hij even wilde betalen. Daarop heeft de kolonel gezegd dat als ze ze niet ogenblikkelijk weer meenamen, er binnen een uur de marechaussee op de stoep zou staan. Toen was het snel opgelost. Daar kan hij nog wel om grinniken. Hij heeft nooit overwogen te verhuizen.

Jean Tillie

Doemdenken in de jaren ‘80

Met de affaire Duyvendak lijkt het of de activisten van de jaren ’80 alsnog boete moeten doen. Een ware inquisitie barstte los: Wat deed jij in de jaren ’80 ? Het was de tijd van hoge werkloosheidscijfers, no future, Reagan, de Koude Oorlog, de wapenwedloop. Het was een klimaat waarin de vredesbeweging goed kon gedijen, en Onkruit was een radicale loot aan de stam.

Jean Tillie: “Nederland was begin jaren ’80 een nogal activistisch land, dat kun je wel zeggen. Je had veel sociale bewegingen: de antikernenergiebeweging, de antimilitaristische beweging, Onkruit, de kraakbeweging. Maar er was ook activisme onder de gewone bevolking zoals de massale demonstraties in Amsterdam en Den Haag waar honderdduizenden mensen demonstreerden tegen kernwapens. De jonge generatie had het gevoel dat er geen enkele toekomst voor ze was, dat ze werkloos zouden worden, dat de maatschappij niet op ze zat te wachten. Een groot deel van die jongeren was actief in bewegingen als Onkruit.”

Roger Vleugels, expert op het gebied van de WOB (Wet Openbaarheid van Bestuur): “Het inbraakaspect van de Onkruitacties werd meestal niet vervolgd. Er werden namelijk grote steundemonstraties verwacht. Uiteraard waren die inbraken overtredingen van de wet. Maar de ontmaskeringen die gedaan werden door de inbraken brachten nog veel ergere overtredingen van de wet aan het licht. En politie en justitie wisten wel dat een rechter dat zal meewegen. We hebben in Nederland geen statisch rechtsgebouw, het recht is in beweging. En of het nu gaat om het Vrouwenkiesrecht of de Abortuswet, er zijn altijd wetten overtreden om deze dingen gedaan te krijgen.”

Het maatschappelijk draagvlak voor dit soort acties was dus vrij groot. Het was ook lastig om op een andere manier aan informatie te komen. De WOB-procedure die inzage regelt van overheidsdocumenten bestond nog maar net, en was onbekend. Bovendien duurt zo’n procedure vaak jaren.
Jean Tillie: “De rol van maatschappelijke organisaties als Onkruit in de democratie is tweeledig: enerzijds controleren ze de overheid, dat maakt dat de overheid beter gaat functioneren. Anderzijds zijn de leden van zo’n beweging met de maatschappij bezig, en niet alleen op zichzelf gericht. Aan het einde van de jaren ’80 zag je de yuppen, de mensen die alleen maar met hun eigenbelang bezig waren.”

Paul Martens

Hoe schadelijk was Onkruit?

Onder de naam ‘Onkruit’ zijn honderden acties uitgevoerd, in een periode van ruim tien jaar. Staatsgeheimen heeft het allemaal nooit opgeleverd, hoogstens wat schade aan het imago van het leger. Kolonel Meijer noemt de acties van Onkruit ‘opgeklopt’ en ook chef recherche Martens vond ze niet erg gevaarlijk. Wel was er financiële schade.

Martens: ‘De acties tegen militaire bases zijn natuurlijk algemeen bekend, maar er waren ook vernielacties. Er zijn ook op bases zendmasten omgezaagd, hekken doorgeknipt, dat soort zaken’. Vaak dachten de actievoerders niet echt na over de schade, zoals blijkt uit het voorbeeld van Willem de Haan, die verf gooide naar F-16’s en daarmee onbedoeld voor tienduizenden guldens schade veroorzaakte. Wat hij overigens niet erg vond, in tegendeel. De Haan: “Achteraf vond ik dat hartstikke leuk”. De optelsom is nooit gemaakt, maar Martens stelt: “Als je dat zou kapitaliseren denk ik dat er toch een behoorlijk schadebedrag tevoorschijn komt”.

Een beetje geweld tegen materiële zaken vonden de radicale pacifisten geen probleem. Maar Willem de Haan, Onkruiter van het eerste uur, benadrukt dat ze nooit geweld tegen mensen gebruikten. Dat bevestigt ook politieonderzoeker Martens: “Dat is waarmee ze zich altijd profileerden: dat ze dat geen geweld tegen mensen gebruikten. Voor zover mij bekend is dat ook niet gebeurd.” Daarbij maakt hij wel een aantekening: het publiceren van namen en adressen in actieblad Bluf!. “Dat vind ik een twijfelgeval”. Zo’n publicatie is misschien geen daad van geweld, maar kan bij sommige figuren wel als een aansporing tot geweld worden opgevat.

Kolonel Meijer kwam vrij met de schrik en een stapel almanakken, maar zoals onlangs bleek kon zo’n publicatie ook grimmiger gevolgen hebben. George Verberg, ambtenaar van Economische Zaken, kreeg brandende lappen door zijn brievenbus nadat in Bluf! zijn adres had gestaan. Dat was voor Duyvendak het moment om op te stappen. Een verjaarde inbraak voor het goede doel is één ding, maar bedreiging van een ambtenaar en zijn gezin, dat stond wel erg ver af van zijn pacifistische principes. Die hij trouwens nu niet meer heeft. Groot fan van het leger zal hij niet snel worden, maar hij is in die zin wel bekeerd dat hij zonder aarzeling zegt: “Ik ben geen antimilitarist meer”.

Wijnand Duyvendak, voormalig Onkruitactivist
© nvt

Het einde van Onkruit

 

Halverwege de jaren tachtig verhardde de kraakbeweging en daarmee verloor ze haar massaliteit. Een klein groepje koos steeds vaker voor de gewelddadige confrontatie met politie of ME. Een nog kleiner groepje ging ondergronds en pleegde onder de naam RaRa (Revolutionaire Anti-Racistische Actie) gewelddadige aanslagen. Maar de meerderheid keerde zich af van elk geweld en koos voor een burgerlijk bestaan met (legaal) huisje, boompje, beestje.

Rond diezelfde tijd, in 1985, viel Onkruit uiteen. Volgens Duyvendak was dat onvermijdelijk. “Het werd steeds meer het leven van de mensen die eraan meededen, je was er fulltime mee bezig. Je perfectioneerde het, maar het groeide niet meer. En het werd ook steeds meer afgesloten van de rest van de samenleving. Je deed je acties, en die waren wel of niet goed, en invloedrijk en noem maar op. Maar er kwamen heel weinig nieuwe impulsen bij. Weinig nieuwe mensen, nieuwe gedachten. En op een gegeven moment droogt het dan letterlijk op.”

Zoals bekend koos Duyvendak daarna de parlementaire weg. Willem de Haan werd journalist en Jean Tillie ging de wetenschap in. Er kwamen andere tijden, met andere actiemethodes. Duyvendak ging steeds meer twijfelen aan zijn vroegere acties. “Wij dachten, wij veranderen zelf de wereld. Maar ik raakte er eigenlijk steeds meer van overtuigd dat dat niet de weg is. Dat je je daarmee eigenlijk superieur opstelt. Jij komt dat even doen, je bemoeit je niet met de anderen en je zegt hoe het moet. Als anderen dat zouden doen, en iedereen zou dat gaan doen, dan zou het een volstrekte chaos worden.”

Research en tekst: Hannah Dogger en Laura van Hasselt
Regie: Erik Willems, Paul Ruigrok

Literatuur

 

'Amsterdamse politie neemt expositie Onkruit in beslag' NRC Handelsblad 19-01-1982

'Wat verzwijgt Wijnand Duyvendak?' Telegraaf 10-08-2008

'Klopjacht' Harm Ede Botje Vrij Nederland 6-08-2008

'Omzien in verwondering' Jan Tromp De Volkskrant 6-09-2008

'Open brief George Verberg aan Wijnand Duyvendak' George Verberg NRC Handelsblad 25-08-2008

Daniel Meijer
Daniel Meijer
Thei van Laanen
Thei van Laanen
Wijnand Duyvendak, voormalig Onkruitactivist
© nvt

Het einde van Onkruit

 

Halverwege de jaren tachtig verhardde de kraakbeweging en daarmee verloor ze haar massaliteit. Een klein groepje koos steeds vaker voor de gewelddadige confrontatie met politie of ME. Een nog kleiner groepje ging ondergronds en pleegde onder de naam RaRa (Revolutionaire Anti-Racistische Actie) gewelddadige aanslagen. Maar de meerderheid keerde zich af van elk geweld en koos voor een burgerlijk bestaan met (legaal) huisje, boompje, beestje.

Rond diezelfde tijd, in 1985, viel Onkruit uiteen. Volgens Duyvendak was dat onvermijdelijk. “Het werd steeds meer het leven van de mensen die eraan meededen, je was er fulltime mee bezig. Je perfectioneerde het, maar het groeide niet meer. En het werd ook steeds meer afgesloten van de rest van de samenleving. Je deed je acties, en die waren wel of niet goed, en invloedrijk en noem maar op. Maar er kwamen heel weinig nieuwe impulsen bij. Weinig nieuwe mensen, nieuwe gedachten. En op een gegeven moment droogt het dan letterlijk op.”

Zoals bekend koos Duyvendak daarna de parlementaire weg. Willem de Haan werd journalist en Jean Tillie ging de wetenschap in. Er kwamen andere tijden, met andere actiemethodes. Duyvendak ging steeds meer twijfelen aan zijn vroegere acties. “Wij dachten, wij veranderen zelf de wereld. Maar ik raakte er eigenlijk steeds meer van overtuigd dat dat niet de weg is. Dat je je daarmee eigenlijk superieur opstelt. Jij komt dat even doen, je bemoeit je niet met de anderen en je zegt hoe het moet. Als anderen dat zouden doen, en iedereen zou dat gaan doen, dan zou het een volstrekte chaos worden.”

Research en tekst: Hannah Dogger en Laura van Hasselt
Regie: Erik Willems, Paul Ruigrok

Vragen?

Heeft u vragen, ideeën of opmerkingen?

Neem dan contact op met de redactie: